maandag 31 maart 2008

The Red Star Line


De Belgenland





Waarom ga je naar de tentoonstelling in het Nationaal Scheepvaartmuseum over de Red star Line? Die heet dan nog met enige zin voor Antwerps chauvinisme 'Antwerpen = Amerika = Red Star Line'. Maar ik moet toegeven: eind negentiende, begin twintigste eeuw was Antwerpen de draaischijf van waaruit vele migranten de plas overtrokken, naar Amerika, naar een nieuwe toekomst. En de Red Star Line behoort tot het nationale collectieve geheugen, het is de laatste tentoonstelling in het 'Steen', en migratie is deze tijd niet uit de lucht. Migratie is een fenomeen van alle tijden, heet het alom.

Dus ik naar een zeer publieksonvriendelijk museum, zoals de krant het noemt. Het Steen is natuurlijk een oude middeleeuwse burcht, de waak- en uitkijktoren over de Schelde, en natuurlijk ligt daar de rode loper niet uit. Mijn dochter Dieuwertje duwt mij in de rolstoel de toegangshelling op, zeer matig geasfalteerd is die, verder over kinderkopjes die me doen denderen, maar de tentoonstelling is volledig op de gelijkvloerse verdieping, bovendien mogen rolstoelpatiënten en hun begeleider gratis
naar binnen: wie blijft dan nog zeuren en kniezen?

Er is behoorlijk veel volk, we mogen van een succes spreken: je hoort onder anderen Antwerpenaren praten over wat ze zelf nog meegemaakt hebben, of over wat ze er zelf al, of nog, van wisten of van gehoord hadden: de couleur locale is onmiskenbaar. Het eerste wat je ziet is een gedetailleerde panoramische kaart/schilderij van de stad: ze werd gemaakt voor de Wereldexpo van 1913. 'Hypsospanorama' heet het werk;Het is ongelooflijk hoe veel groter en uitgebreider Antwerpen in honderd jaar tijd geworden is. Je probeert herkenningspunten op die kaart te vinden: het kerkje van Berchem, dat ik altijd al zeer landelijk heb gevonden en nu vlak aan de Antwerpse Ring ligt, bevindt zich nog echt in een plattelandsgebied. En verder zie je veel weilanden en groen (akkers, velden) voorbij een stad omringd door buiten. Verderop toont een twee groot schilderij 'Belgische landverhuizers'. Het komt uit het jaar 1890, en is een werk van Louis van Engelen: niet alleen Eugène van Mieghem heeft de haven en de mesnsen errond geschilderd, weet de krant mij te melden.

Je ziet een film over de overtocht, beginnend bij het Centraal Station (de Middenstatie in Schoon Vlaams) en eindigend op Ellis Island. Grote schepen, volgestouwd met vertrekkers, vooral in derde klasse: weinig plaats voor veel mensen. In tweede klasse is het beter, in eerste zonder meer luxueus. Bij het vertrek zie je vanaf de wal en op het schip duizenden zakdoeken wuiven, het eerste zicht op het Vrijheidsbeeld met zijn verzen 'Give me your tired, your poor,/ your huddled masses yearning to breathe free.'leidt tot ongekende uitingen van euforische vreugde. Haar brandende toorts heet hen welkom in 'the land of the free': sommigen zullen er een beter leven hebben, anderen keren terug naar het oude continent. Wie ze waren, landgenoten, maar ook veel Oost-Europeanen en joden. Foto's van de overtocht maken duidelijk hoe oncomfortabel die wel niet geweest moet zijn, maar landen op Ellis Island en toegelaten worden tot de Verenigde Staten maakt alle leed ongedaan. Voor de meesten althans: 2 op 100 werden teruggestuurd wegens niet gezond genoeg.

En modellen en halfmodellen van de stoomschepen, die zie je ook. Typische namen hebben die: SS Belgenland, I en II, SS Vaderland, SS Finland, SS Lapland, SS Noordland en SS Westernland. 'Love Boat' komt eerst vele jaren later: rond de vorige eeuwwisseling was het idee alleen al 'sadly out of time and place', en veel te frivool. Uitwijken was, en is, het harde leven.

Heel het gebeuren deed me nogal denken aan de slaventransporten in de 18de eeuw: dat was nog huiveringwekkender, maar ook tijdens deze migratie werden de mensen beschouwd als cargo en moest winst gemaakt worden. Onder druk van regeringen werden de omstandigheden aan boord beter. Een associatie die ik ook maak: de jodentransporten naar de uitroeiingskampen, maar die gruwel overtreft natuurlijk alles. En het doel van de reis was geen nieuwe toekomst, maar verdelging.

Na de tentoonstelling kun je ansichtkaarten kopen: vaak gaat het om posters uit de tijd. Je ziet bij voorbeeld grote schepen op de Schelde voorbijvaren, aangestaard door Zeeuwse vrouwen en kinderen, of door een visser met een zuidwester. De implicatie is duidelijk: verlangend zien zij de toekomst voorbijvaren. In Amerika staat een well-to-do dame met dochtertje te kijken naar een binnenkomend schip: zij tweeën stellen die zonnige toekomst voor die alle landverhuizers wacht.

Zo zijn Dieuwertje en ik getuige geweest van oplossingen voor ellende, en van wat honderd jaar geleden een deel van de glorie van de havenstad Antwerpen was. Aan te bevelen.

Geen opmerkingen: