woensdag 9 juli 2008

Siena


De campanile


Tenhemelopneming en kroning van Maria


La Fontana Gaia


Palazzo Pubblico

Vandaag, donderdag, trekken we naar Toscane, naar Siena, als je het mij vraagt een van de mooiste steden van Italië, voor zover ik ze allemaal gezien zou hebben, verre van. Maar voor Siena heb je zonder bezwaar een autorit van 106 km over.

De stad is schitterend, vooral de Piazza del Campo en de buurt daarrond, en de kathedraal. Eerder ben ik hier al in '72 en '99 geweest, en die laatste keer zijn we op de Piazza uitgeregend, maar vandaag is het plein zonovergoten. Het is op den duur voor de afwisseling eens stralend weer, en dat bekomt ons en de stad zeer goed. De Piazza del Campo is schelpvormig, zeer merkwaardig is dat. Op het laagste punt van het plein staat het Palazzo Pubblico, tevens Museo Civico, wat nogal doet denken aan het stadhuis van Florence, eeuwenlang de grote rivaal: het is een beetje het verhaal van Assisi en Perugia, en in dit geval is Florence vanaf het begin de grootste en de machtigste geweest. Aan de overkant van het plein staat de Fontana Gaia, tenminste een 19de-eeuwse kopie van de in 1348 gebouwde fontein. daar eten we onze picknick, en geraken er in gesprek met een paar uit de buurt van 's Hertogenbosch, ik hoor dat het Brabanders zijn, beken mezelf tot het 'brabanderdom', maar van aan de andere kant van de grens, raken even Wilders aan, die Vlaanderen en Nederland 'opnieuw' wil verenigen: vanuit Italië is dat wel heel gemakkelijk, stellen we vast en verdenken de man uit Venlo van 'sancta simplicitas'. De fontein zelf is versierd met nogal wat bas-reliëfs, zowel christelijk als Romeins van onderwerp en inspiratie, wat op zichzelf eigenaardig is, en zeker de moeite van het bekijken waard.

Noortje bekijkt wat etalages, we lopen een aantal straten en steegjes in en uit en belanden zo bij de Duomo, een prachtige gotische kerk, een van de mooiste van Italië. Boven het centrale timpaan zie je in een mozaïek de 'Tenhemelopneming van Maria', een kunstwerk waardoor deze Duomo overigens zeer sterk aan die van Orvieto doet denken. De 'campanile' is bijzonder kenmerkend: witte en zwarte marmeren banden wisselen elkaar af (zwart en wit zijn ook de stadskleuren), en de vensters worden naar boven toe steeds breder: twee ramen, dan drie, dan vier ... Dat procedé maakt de toren lichter, eleganter, en het wordt in Italië veel toegepast: in Ravenna en Assisi heb ik hetzelfde gezien. Binnen in de kerk is het een drukte van je welste, geen spoor van religieuze beleving is er denkbaar, het lijkt een profaan museum met religieuze en mythologische marmeren vloermozaïeken. Vele daarvan zijn met dik karton bedekt om slijtage te vermijden, maar wat zichtbaar is gelaten is ongemeen mooi. 'Il Pavimento' del Duomo is terecht ongeveer wereldberoemd. Een Nederlander schuift een stoel voor me uit de weg, ik dank hem, hij vraagt me of dat meevalt hier Nederlands te horen en zeg hem dat ik altijd blij ben wanneer ik in het buitenland mijn eigen taal hoor. Heb ik vandaag de Groot-Nederlandse zaak prachtig gediend: Beatrix blij, Albert ongerust.

Ik tik in het centrum nog een leuke cd op de kop (Avanti popolo, alla riscossa!), en dan rijden we via het Trasimeense Meer terug richting Assisi. We houden halt in Castiglione del Lago', en belanden tenslotte in 'ons' restaurant achter de Kerk in Santa Maria degli Angeli. Pizza met nagerecht deze keer, en dat is dan een liquore, een 'Bailey's'. Zoals ik vroeger al zei: s' lands wijs', 's lands eer'.

Geen opmerkingen: