vrijdag 27 januari 2012

Emile Zola: Germinal - een belevenis

Stap ik nog eens 'De Boekuil' binnen, vind ik daar voor € 10 'De mijn' van Emile Zola: 'De mijn', want dat is de Nederlandse titel van het meesterwerk 'Germinal'. Voor zo weinig geld kun je niet sukkelen, en het boek wordt het mijne. Jammer van de titel in onze taal: alles speelt zich natuurlijk in en rond een mijn af, maar de Nederlandse uitgeverij van deze 'Rainbow Pocket' is er zich waarschijnlijk bewust van dat 'Germinal' in Nederland niet veel betekent, terwijl in Vlaanderen 'Germinal' toch duidelijk met het socialisme verbonden is. Bovendien is de Franse titel ook duidelijk programmatorisch: 'Germinal' was in de Franse republikeinse kalender de kiemmaand, en dat wil natuurlijk iets zeggen. Het is een klein voorbeeldje van 'traduttore traditore', maar het is nu eenmaal zo. Na 'germinal' volgt overigens 'floréal', de bloeimaand, maar niet in het boek helaas. Op de kaft staat ook nog een leuke vondst: volgens een wervend tekstje gaat het om 'een vlijmscherpe schets van het kapitalisme aan het einde van de twintigste eeuw'. Honderd jaar te laat, maar voor 10 euro kun je niet alles hebben. En hoe je een roman van 550 pagina's een schets kunt noemen, is mij ook niet zo duidelijk. Amsterdam en Rotterdam zijn ook niet op een dag gebouwd natuurlijk.


Emile Zola

Het gaat in het werk over de strijd op leven en dood tussen kapitaal en arbeid, waarbij de arbeiders ten slotte weer eens - voor de laatste maal suggereert en hoopt Zola - verslagen worden, maar het zaad van het klassenbewustzijn, verzet tegen onrechtvaardigheid en uitbuiting, opkomen en vechten voor eigen recht is gezaaid, en volgens de laatste zin:

'Mensen groeiden daar, (in de mijnen van Noord-Frankrijk) een zwart leger van wrekers, dat langzaam ontkiemde in de voren en opgroeide voor de oogst van de toekomstige eeuw. en weldra zou dit kiemen de aarde opensplijten.'

Het Frans voor 'kiemen' is 'germer', en door dat woord hier nogal nadrukkelijk te gebruiken kan Zola helemaal op het einde van zijn roman zijn titel nog eens duidelijk kracht bijzetten.

Het verhaal is in de grond van de zaak redelijk eenvoudig: een jongeman komt uit de Provence in het noorden van Frankrijk werk zoeken: Etienne Lantier heet hij. Als nauwelijks geschoolde arbeider komt hij in een mijn terecht - Le Voreux, wat 'de vraatzuchtige' betekent - leert er vrij snel de uitbuiting, de lage lonen en de afschuwelijke arbeidsomstandigheden kennen, ontdekt gaandeweg het socialisme, studeert op eigen houtje bij, wordt leider van de arbeiders. Na een onaanvaardbare loonsverlaging wordt hij de aanvoerder van een staking, die na twee en een halve maand mislukt: de mijnwerkers zijn uitgehongerd, het leger heeft op ze geschoten - Fransen schieten op Fransen! - een Russische gevluchte anarchist veroorzaakt nog een catastrofale mijnramp waarbij 'Le Voreux' compleet door de aarde wordt verzwolgen. Etienne gaat ten slotte naar Parijs om vandaar uit de strijd voor de arbeiders voort te zetten.



Een uitgave van 'Livres de Poches'

Natuurlijk gebeurt er veel meer in dit boek: de kapitalisten - les bourgeois - die de zaken in handen hebben, spelen vanzelfsprekend ook een prominente rol, zoals het monster 'kapitalisme' dat in Parijs zit en aller levens bepaalt. Ces bourgeois zijn niet allemaal door en door slecht, evenmin als de mijnwerkers een voor een heiligenbeeldjes zijn. Hun enige plezier is woest en gevoelloos promiscue gedrag, jonge meisjes worden zonder pardon genomen en bezwangerd, wat weer tot meer armoede en honger leidt: de vicieuze cirkel is rond. De bourgeoisie heeft al niet veel meer moraal, maar hun façade is sterker: minnaressen en ontrouw zijn legio, machtsmisbruik tegenover en chantage van jonge arbeidsters zijn alles behalve uitzonderlijk. En honger dat de werkende klasse leidt: om het vege lijf te redden gaan ze ten slotte tegen hun zin weer aan het werk. Staking mislukt! En daar komt dan de geprovoceerde ramp nog bovenop.


Beeld van de werkende klasse

Wat onder andere het 'mooie' van dit boek, is: de miserabelste ellende en de ellendigste miserabiliteit springen voortdurend van de bladzijden, maar de mensen vechten er tegen, en ondanks alle falen blijft er hoop: er is iets ontkiemd.
Voor de spanning moet je dit boek niet echt lezen: wel voor de vaart die erin zit, het tempo, de bezieling van de auteur, de verpletterende indruk die het maakt. Op mij tenminste. Op een bepaald ogenblik, en heleboel pagina's, trekt een stoet van zo'n drieduizend stakende mijnwerkers van mijn tot mijn in de buurt, en Zola verhaalt dat zo meeslepend en indringend dat ik na die betoging zelf moeë benen  had, ik leek het fysiek gewaar te worden. Het boek kruipt letterlijk onder je huid, zijn uitwerking liet mij niet met rust. Zelden zo'n gevoel gehad na een boek, en ik heb toch al wel eens iets gelezen, al zeg ik het zelf.

'Germinal' is het heroïsche epos van de arbeidersstrijd mythisch: heel erg aards en geloofwaardig. En zoals in de oude epen de goden op wraak zonnen en straften, zijn het hier vooral de werkers die die rol over nemen, of tenminste dat met de inzet van al hun krachten proberen. En mythisch: als de mijn 'le Voreux', de vraatzuchtige dus, door de aarde opgeslokt wordt is dat tezelfdertijd een voorbeeld van tragische ironie en immanente rechtvaardigheid: het lijkt wel of Moedergodin Aarde - Gaia - terecht wraak neemt: een mythische dimensie is dat.

In 2012 is er natuurlijk heel veel veranderd, en gelukkig maar. Toch denk ik dat het kapitalisme en het globalisme van vandaag nog altijd dezelfde mentaliteit 'des bourgeois' probeert te handhaven. Of leven wij niet in Europa, in de EU, heden ten dage?

Zola's Germinal verscheen voor het eerst in 1885: einde van de twintigste eeuw, zoals 'Rainbow Pockets' zegt. Ten zeerste en uiterst aanbevelenswaardig. Vind ik. Voor mij was het een uitzonderlijke belevenis, heel zeker weten.

Geen opmerkingen: