donderdag 15 mei 2014

Ravage - Leuven Museum M

In Museum M in Leuven kun je tot 1 september naar de tentoonstelling 'Ravage, kunst en cultuur in tijden van conflict'. De voor de hand liggende aanleiding is de brand van de stad op 25 en 26 augustus 1914, maar 'Ravage' is niet beperkt tot Leuven en de Groote Oorlog. Je vindt er werken van de vijftiende tot de eenentwintigste eeuw: oorlog, geweld, vernieling en verwoesting hebben kunstenaars altijd al gefascineerd. Mij hebben vooral die uit de modernere of zeer recente tijden aangesproken.

Een werk valt op door zijn afmetingen: 'een wandtapijt dat Floris Jespers in 1935 in opdracht van de Belgische staat. Het was een pronkstuk op de wereldtentoonstelling van New York in 1939, en is sindsdien in de VS gebleven: het is voor het eerst in bijna 80 jaar weer in ons land'. Dat lees je in een bijlage van De Standaard, die je op de tentoonstelling mee kunt nemen. Het werk toont de verschrikking van de oorlog in Leuven: de brandende bibliotheek waardoor 300.000 boeken in de vlammen opgingen, een groot kanon, een eenzame moeder met kind, benen van een gesneuvelde soldaat die nog niet helemaal door de aarde opgeslokt is, een kapotte Griekse zuil, een Belgische soldaat die helemaal alleen ook niets vermag. De rampspoed en de onmacht van België tegenover de Duitse overmacht en gruwelen duidelijk in beeld gebracht. Maar de redding en de hulp kwamen van over de Atlantische Oceaan: in een handpalm twee vredesduiven, links schepen en 'marines' die voedsel aanvoeren, boven gezichten op Amerikaanse steden. Het vrijheidsbeeld is prominent zichtbaar, met daarnaast president Hoover, die in de oorlog voorzitter was van de 'Commission for Relief of Belgium'. Helemaal van onderen kun je lezen: 'The United States saved Belgium / from starvation during the war' en aan de rechterkant 'When  peace came they helped to rebuild / the country and its scientific institutions'. Duidelijke dankbetuiging aan het land dat ons in 44-45 nog eens zou komen bevrijden.

Floris Jespers wordt een modernistisch kunstenaar genoemd: het expressionisme heeft hij in ieder geval goed geassimileerd.


Floris Jespers, American Welfare - Commission for Relief in Belgium, wandtapijt, 1935

Een werk dat er om zijn picturale kwaliteit echt uitspringt is 'De brand van Constantinopel' van William Turner. Die ramp zou in 1836 gebeurd zijn, Turner is in 1851 gestorven: in de vijftien tussen de twee jaartallen is het schilderij dus ontstaan. De meeste schilderijen van brandende steden in 'Ravage' woekeren in geel en zwart: de vlammen en de rookkolommen moeten de verschrikkelijke verwoestingen scherp en indringend overbrengen. Bij deze Turner is dat niet zo direct het geval: hij schildert een breder gezicht op de stad, waarbij het licht voor hem veel belangrijker lijkt dan de waanzin van de oorlog. Toch is niet alles licht natuurlijk: donkere groepjes stedelingen staan naar de brandende stad te kijken. Het werk is niet zo zwaar geladen, maar schilderkunstig is dit voor mij het beste dat 'Ravage' laat zien.


William Turner, De brand van Constantinopel

Heel recent is de installatie van de Libanese Mona Hatoum: 'Bunker' vult een hele zaal. Zelf is ze van Beiroet afkomstig, en op haar stad is het werk dan ook toepasbaar, maar net zo goed op eender welke stad die het slachtoffer is geweest van een oorlog: haar concrete situatie heeft ze abstract gemaakt. In het Midden-Oosten zijn er plaatsen genoeg die deze installatie perfect kunnen aanvoelen. De stad heeft alleen legen straten, de gebouwen, hoog en laag, zijn beschadigd, je ziet kogelinslagen, maar helemaal geen leven. Een bunker om in te schuilen is er nergens: je kunt eerder zeggen dat deze stad het resultaat is van beschietingen uit bunkers. Je kunt de leegte, de troosteloosheid, het verlies ook zelf goed aanvoelen als je in dit kunstwerk rondloopt.


Mona Hatoum, Bunker, 2011


Foto van Homs, anno 2014: geen scheppende kracht

Zeer indrukwekkend is het werk van de Chinese kunstenaar Cai-Guo-Qiang. Het heet 'Black Fireworks - Project for Hiroshima en dateert van 2008. Een buskruittekening is het: de man is erin geslaagd te tekenen met sporen van verschillende soorten buskruit dat hij zelf tot ontploffing gebracht heeft. In dit werk zie je sporen van de ontplofte bom boven de Japanse stad: neerdalende stofpartikels. Onderaan rechts een beeld van het verwoeste Hiroshima met het vredesmonument: de naakte koepel van een tentoonstellingsgebouw dat als enige de atoomontploffing min of meer 'doorstond'. Op een wrede manier is het 'prachtig'.


Cai Guo-Qiang, Black Fireworks - Project for Hiroshima, buskruittekening, 2008

'Ex libris' - in dit geval 'gewezen boeken'? - bestaat uit een groot aantal foto's van door de Israëli's geroofde boeken uit Palestijnse huizen, instellingen en bibliotheken; in 1948 is dat gebeurd. Zo om en bij 30.000 boeken waren dat, en daarvan worden er nog 6.000 bewaard in de Universitaire Bibliotheek in Jeruzalem, in de categorie "A.P.", wat staat voor 'Abandoned Property'. Een puik voorbeeldje van Newspeak is dat! Emily fotografeerde deze boeken met haar gsm. Het werk legt ook de verbinding met de brand van de bibliotheekbrand in Leuven, waar helaas nog veel meer boeken verloren gingen. Mijn foto toont een christelijke tekst in Arabisch schrift en een afbeelding van Christus. Ik vond dat eigenaardig genoeg om het te fotograferen. En hij laat ook zien dat er Palestijnse christenen zijn: niet alleen moslims zijn het slachtoffer van de staat Israël.

Ironisch genoeg lees je onder Christus: 'Dolce cuore del mio Gesu' / fa ch'io T'ami sempre piu' '. Of: 'Zacht hart van Jezus, maak dat ik altijd meer van Je hou'. Dat is een verzuchting die een tentoonstelling als 'Ravage1914' overbodig zou maken, als iedereen ze in zijn geloof - Allah, Jahweh, God, de mensheid - kan realiseren.



Emily Jacir, Ex libris, 2010-2012 (fragment)


'Ravage1914' is alles behalve een herdenking van het heroïsche 'brave, little Belgium' van 100 jaar geleden. En dat is dan weer meer dan zeer goed.

Geen opmerkingen: