maandag 9 februari 2015

Geel-Bel - Oberon en/in Sint-Lambertus

Zelfs als je van Turnhout bent, kom je niet vaak in Bel, een gehucht van Geel: ik was er tot gisteren nog nooit geweest. Gisteren wel dus: het strijkkwintet 'Oberon' trad er op, en een van de vijf musici is een oud-leerling van mij, en zelfs als leraar op rust vind ik dat daar bij hoor te zijn. Het was overigens een zeer fijn concert. Op het programma onder meer een 'Quintetto' van de mij onbekende componist Louis Théodore Gouvy (1819-1898) met daarin een 'Andantino con moto' met heel wat emotie, gemoedsbeweging dus. Overigens had Hector Berlioz, toch niet een van de minsten, veel respect voor deze Gouvy. Verder twee tango's van Astor Piazzola, waaronder 'Adios Nonino', het werk dat Maxima tijdens haar huwelijksmis tot tranen toe roerde; dat werd als bisnummer nog eens gespeeld, niet op een bandoneon dus, maar met twee violen, een altviool, een cello en een contrabas komt dat zeker even diep binnen. Van Nicolas De Cock, een van de twee violisten, hoorden we een 'Tango', gecomponeerd voor de vijftigste huwelijksverjaardag van zijn ouders, en een String Quintet' in vier delen, met een sterk 'Scherzo'. Het was meer dan een fijn en geslaagd concert, het was een belevenis.


Strijkkwintet 'Oberon', met Martje Hermans aan de contrabas

De Sint-Lambertuskerk, waar het concert plaatsvond, is geen wonder van religieuze architectuur (het is een neogotisch gebouw). Het heeft wel een merkwaardig orgel uit de 18de eeuw: dat is al iets voor een Kempisch gehucht, maar het interieur zelf is eerder gewoontjes. Het is de toren die de aandacht verdient: die is van rond 1500, in zogenaamde Kempisch baksteengotiek. Een spits heeft hij niet, maar authentiek is hij wel, en als 'Kempisch' in dit geval mag betekenen stoer en sterk, nou, dat is hij zeker wel. En sober, zeer sober, mag je wel zeggen. Ik probeer me voor te stellen wat zo'n imposant gebouw moet betekend hebben eind van de 15de, begin 16de eeuw: een krachtige mijlpaal in het landschap, 'a landmark' zoals de Engelsen zeggen, waar de onwrikbare waarheid werd verkondigd. Hoewel, dat begon er in die tijd om te spannen, maar ook in de Kempen? Wat wat stond er aan huizen in het gehucht Bel rond die kerk: waren dat schamele boerderijen, hutten van betere kwaliteit of was het leven van de gewone 'Bellenaar' nog meer precair? Ik vermoed dat de levenskwaliteit van de gewone man/vrouw niet zo verschrikkelijk hoog kan geweest zijn, en dan zo'n toren! Hoe moeten die mensen zich gevoeld hebben?


De toren van de Sint-Lambertuskerk



Zonder spits

Deze toren doet me denken aan die van de Sint-Dimpnakerkin Geel-Centrum. Die is even stoer en nog massiever, maar de witte speklagen en de pinakels zorgen voor enige lichtheid en versiering, maar een spits staat er evenmin op. Hij is trouwens gebouwd vanaf 1489, maar hij is nooit afgeraakt. Maar de twee torens schijnen wel een beetje familie van elkaar.



Sint-Dimpna in Geel, zonder spits

Zo ga je naar een concert in Geel-Bel, en je krijgt er zomaar een interessante toren bij. Mooi toch!

Geen opmerkingen: