woensdag 21 juni 2017

Sint-Truiden, begijnhofkerk - de muurschilderingen

Wat de begijnhofkerk van Sint-Truiden zo speciaal maakt zijn de 37 muur- en pilaarschilderingen: op een na zijn ze allemaal gerestaureerd, maar die ene is best nog wel in goede staat. Het zal ook niet verbazen dat voor begijnen vooral vrouwelijke heiligen werden afgebeeld: zij waren de te volgen voorbeelden, en hun inspiratie en navolging zou tot de eeuwige zaligheid leiden, zou ze bij hun Bruidegom brengen. Maar ook andere onderwerpen uit de katholieke leer komen aan bod.

Een redelijk grote muurschildering beeldt de 'Zeven werken van barmhartigheid' uit. Dat werk is in vijf vakken verdeeld: uiterst links en rechts bovenaan worden in één vak telkens twee werken behandeld, en zo is toch wat ruimte bespaard om ze er alle zeven bij elkaar op te krijgen: laten we een beetje creatief zijn, zal de schilder gedacht hebben. Links boven zien we 'de naakten kleden' en 'de vreemdelingen onderdak verlenen' - Angela Merkel was met 'wir schaffen das' echt wel bijbelvast - rechts boven 'worden de hongerigen gespijsd' en 'de dorstigen gelaafd', vlak daaronder 'de zieken verzorgd', aan de linkerkant 'de gevangenen bezocht'. Centraal staat natuurlijk 'de doden begraven': je moet zeker zorgen voor iemand die op weg is naar de hemelse zaligheid. Op de plaatje over de gevangenen zie je dat de zittende figuur voetboeien draagt, de bezoeker praat tegen hem of haar, en op de achtergrond slaat een engel het tafereel goedkeurend gade. Niet alleen begijnen kwamen naar deze kerk, ook gewone gelovigen, de meesten allicht analfabeet, en door deze visuele didactische middelen konden zij ook weten en begrijpen waar het over ging, en wat van hen verwacht werd.


De zeven werken van barmhartigheid (einde 16de eeuw)

Heel interessant is ook een 'Rozenkrans', ook al uit het einde van de 16de eeuw.
In het centrale deel zit een Sint-Anna-te-drieën - alle drie hebben ze de aureool van de heiligheid - en voor heen zit een heilige te bidden: mogelijk een minderbroeder, want hij draagt de tonsuur. Achter Maria zit naar alle waarschijnlijkheid een begijn: die zie je meer op de schilderingen in deze kerk:. Waarschijnlijk is zij de opdrachtgeefster van dit werk, en die wilde dan ook  afgebeeld worden. Biddende engelen boven hen geven het tafereel iets paradijslijks. Rond het grote vignet beelden aan aantal andere het lijdensverhaal van Christus uit: een echte kruisweg als het ware, maar met vijftien staties in plaats van de ons vertrouwde veertien. In de hoeken van onderen tonen twee engelen attributen die met de passie van Jezus te maken hebben, maar boven zweven er twee eerder triomfantelijk: onze zonden zijn door zijn dood uitgewist en de dood is overwonnen.


De rozenkrans

Maria is natuurlijk ook prominent aanwezig in deze kerk voor religieuze vrouwen, met de vertrouwde thema's overigens. Een annunciatie ontbreekt dan natuurlijk niet: dat is eigenlijk het allereerste begin van de heilsgeschiedenis.Ik zou zeggen dat dit werk schilderkunstig beter is dan de vorige: veel aandac ht is besteed aan de plooienval van de kleren, pictural hebben we hier met een hoger niveau te maken.


Annunciatie of verkondiging van de boodschap aan Maria (begin 16de eeuw)

Uit dezelfde periode dateert de 'Dood van Maria en haar Tenhemelopneming', een andere  schildering met meer dan een onderwerp. In de vijftiende eeuw heeft Hugo van der Goes een prachtige 'Dood van Maria' geschilderd, waarop zijj op haar sterfbed omringd wordt door de apostelen en Christus vanuit de hemel op het tafereel toekijkt. Hier krijg je grotendeels dezelfde scène te zien: apostelen  en heiligen rond de pas overleden Moeder Gods die nog een kaars in haar linkerhand gedrukt krijgt. Helemaal links boven geleiden engelen Maria de hemel in. Opnieuw worden de katholieke geloofswaarheden aanschouwelijk, en in een eerder naïeve taal voorgesteld, voor iedereen begrijpelijk. Deze schildering is de enige in deze kerk die niet gerestaureerd werd: opvallend is hoe goed ze bewaard is.


Dood van Maria en Tenhemelopneming

Men zou veel van deze schilderingen naïef en charmant kunnen noemen, maar dat is dan het eerder neerbuigende oordeel van een twintigste-eeuwer die vindt 'dass alles schon da gewesen ist'. En dat verdienen deze godsdienstige kunstwerkjes niet: ze zijn interessante getuigen van een manier van streven naar geluk die voor velen van ons niet meer geldt. Maar niettemin komen ze mij  ontroerend over.

Geen opmerkingen: